Is gebarentaal gelijk aan lichaamstaal?

Er wordt wel eens gedacht dat gebarentaal gelijk is aan lichaamstaal. Ten onrechte.

Gebarentaal kun je zien als een taal die mét het lichaam gesproken wordt. De handen en ogen spelen een belangrijke rol, het is een visuele taal met een eigen grammatica. Gebarentaal is dan ook een volwaardige taal, net als Engels, Duits en Frans. De tekens en gebaren hebben een afgesproken betekenis. Voor doven en slechthorenden is dit een belangrijke taal om met de buitenwereld te communiceren. Ook horenden gebruiken tekens en signalen, vaak om een boodschap extra duidelijk te maken.

In tegenstelling tot gebarentaal, is lichaamstaal een taal dóór het lichaam. Misschien herken je het wel, je hebt een inhoudelijk goed gesprek gehad met iemand, maar iets in je zegt: ‘er klopt iets niet’. Precies dát is de kracht van lichaamstaal. Lichaamstaal ‘vertelt’ hoe iemand zich voelt, wat er van binnen gebeurt.  Dit ontstaat veelal onbewust. Als lichaamstaal iets anders laat zien dan wat met woorden verteld wordt, noemen we dat incongruente lichaamstaal. Dit geeft verwarring in communicatie. Stel je voor iemand zegt: “ik ben zo blij”, maar laat tegelijkertijd geen plezier en blijdschap als expressie zien. Het geeft twijfel over wat er verteld is. Ook al heb je geen kennis over lichaamstaal, de boodschap ontvang je wel.  Zowel met gesproken taal als met gebarentaal is het van belang dat deze afgestemd is op lichaamstaal. Zo laat je boodschap landen. Zo bereik je de ander en ben je geloofwaardig. Net als bij gesproken taal kan gebarentaal dus ook samengaan met incongruente lichaamstaal.

 

In onderstaand fragment uit het WK 2018 zien we dat scheidsrechter Kuipers volop gebruik maakt van gebarentaal. Hij benadert Neymar met specifieke gebaren, en zet dit extra kracht bij met aansluitende lichaamstaal. Een mooi voorbeeld hoe dit werkt. Neymar reageert en het laat zien dat Kuipers overwicht heeft.  Zo laat hij ons ook het belang zien van lichaamstaal in combinatie met leiderschap.  Deze scheids kunnen we dankbaar zijn. Met hem levert Nederland toch een interessante bijdrage aan het WK 2018.